Registeren Inloggen

Havermelk, sojamelk, erwtenmelk, kokosmelk, rijstmelk en amandelmelk: welke plantaardige melkvervanger is het duurzaamst?

Melk is goed voor elk, blijkt niet te gelden voor de koeien zelf en het milieu. Bovendien kan ook niet iedereen even goed tegen zuivel. Dat plantaardige melkvervangers populair zijn, is daarom niet gek. Maar welke opties zijn er allemaal? En welke is het duurzaamst?

Impact van koemelk

Het drinken van koemelk en het eten van onder andere kaas en yoghurt is typisch Nederlands. En dat is ook niet zo raar. Melk en melkproducten zijn voedzaam: ze bevatten eiwit, vitamines B2, B12 en calcium. Het Voedingscentrum deelt op hun website dat het nemen van zuivel samenhangt met een lager risico op darmkanker en een lager risico op diabetes type 2. Dat klinkt positief. Wel bevat het vet in melk veel verzadigde vetzuren, wat het risico op hart- en vaatziekten vergroot. Magere en halfvolle melkproducten, bevatten dit al veel minder.

Voor koeien zelf is de enorme consumptie van zuivel echter minder positief. Koeien moeten immers drachtig zijn (geweest) om melk te kunnen geven. Zodra het kalf geboren is, wordt deze dan ook zo snel mogelijk gescheiden van de moeder waarna het kalf kunstmelk krijgt. Dit kan stressvol zijn voor beide dieren. De koe blijft echter lange tijd gemolken worden, waarna ze uiteindelijk opnieuw een kalf krijgt. De hoeveelheid melk die ze moet geven voor de zuivelproductie is overigens veel meer dan dat ze in de natuur voor haar kalf zou produceren. Dit gaat jaren zo door, totdat de koe te vermagerd, verouderd of ziek is en ze naar de slacht gaat. De zuivelindustrie vergt dus veel van de dieren.

Tot slot is er voor veehouderij veel energie, land en water nodig. Ook het voer voor de dieren zorgt voor de nodige (klimaat)impact, aangezien dit veelal bestaat uit soja. Daarnaast produceren koeien methaangas bij hun spijsvertering, wat één van de meest schadelijke broeikasgassen is. Het eten en drinken van zuivelproducten is dus op z’n zachtst gezegd uitputtend voor dier en het milieu. Uit een studie van de universiteit van Oxford blijkt dat de productie van een glas koemelk bijna 3 keer meer CO2 uitstoot dan die van een plantaardige melkvervanger. Maar zijn alle plantaardige varianten wel zo duurzaam? En welke staat bovenaan?

Rijstmelk

We beginnen met rijstmelk. Zoals de naam al zegt wordt dit gemaakt van rijst. De ‘melk’ smaakt zoet en bevat geen allergenen. Om dit te maken is het minste land nodig in vergelijking met alle andere plantaardige melksoorten, maar de uitstoot is daarentegen weer het hoogst. Bij de rijstproductie komt namelijk, net als bij koeien, methaan vrij. Al met al: niet de duurzaamste optie.

Amandelmelk

Amandelmelk smaakt zoet, soms zelfs een beetje naar marsepein, en zit vol vitaminen en mineralen. Ook qua calorieën is dit een gezonde optie. Om deze drank te maken is alleen wel heel veel water nodig: volgens de website Bedrock maar liefst 80 liter voor 1 glas amandelmelk. Let wel: voor koemelk is nog meer water nodig. Nog steeds een duurzamere keuze dan koemelk dus, maar het kan beter.

Sojamelk

Sojamelk smaakt enigszins neutraal en bevat volgens het Voedingscentrum ongeveer evenveel eiwit en energie als halfvolle koemelk. In tegenstelling tot wat velen denken, vindt er voor het maken van sojamelk geen ontbossing plaats. De drank bevat meestal namelijk duurzaam geteelde of biologische soja. Deze soja komt steeds vaker uit Europa. En ook is er veel minder water voor nodig, dan voor andere plantaardige dranken. Het enige nadeel is dat er wel veel energie nodig is tijdens het productieproces en de uitstoot hierdoor hoger is dan bij andere plantaardige melkvervangers, zoals amandelmelk en havermelk.

Kokosmelk

Kokosmelk smaakt uiteraard naar kokos. De Volkskrant schrijft dat dit voornamelijk door de toegevoegde aroma’s komt. Oorospronkelijk zit er veel vet in kokos, maar in de meeste dranken niet. Ook de calorieën vallen mee. De meest duurzame keuze is kokosdrank echter niet. De kokosteelt kost namelijk veel water en zorgt voor ontbossing, aldus EOS Wetenschap.

Erwtenmelk

Een relatief nieuwe plantaardige melkvervanger op de markt is erwtenmelk. Dit wordt gemaakt van spliterwten (en dus niet van groene doperwten). De drank is rijk aan eiwitten (evenveel als koemelk), bevat veel calcium en smaakt een beetje zoet. Ook goed om te weten: er is minder water nodig om het te maken dan voor bijvoorbeeld amandelmelk en ook de uitstoot is relatief laag.

Havermelk

Haverdrank is misschien wel de meest populaire melkvervanger. En dat heeft een reden: havermelk is van alle melkvervangers de meest duurzame optie. De drank smaakt neutraal, soms iets zoeter en heeft relatief weinig water of grond nodig voor de productie. Ook is de uitstoot tijdens het productieproces van havermelk beperkt, omdat het onder andere duurzaam wordt geteeld in Europa. Havermelk bevat van zichzelf echter weinig eiwit, maar dit wordt soms nog weleens toegevoegd.

Toevoegingen

Veel van bovenstaande dranken zijn verkrijgbaar in een naturel – en opschuimende (of barista) variant speciaal voor in de koffie. Ook worden er regelmatig elementen aan de dranken toegevoegd. Dit kunnen vitamines, eiwitten, calcium, vetten en suiker zijn. Dit hoeft niet per se slecht te zijn, maar voor uzelf kan het lonen om voor aankoop de ingrediëntenlijst te controleren, om de gezondste keuze te maken.

(Volkskrant, Milieu Centraal, Voedingscentrum, Natuur & Milieu, EOS Wetenschap, Wakker Dier, Compassion in World Farming, Bedrock. Foto: Shutterstock)

Geef een reactie