Registeren Inloggen

Zo meet u of een trap nog veilig is na plaatsing traplift

Wie een traplift aanvraagt bij de gemeente, krijgt deze in de meeste gevallen geplaatst aan de muurzijde. Wie dan nog naar boven of beneden wil lopen, moet dat doen via de smalle zijde aan de spilkant. Maar is dat wel veilig? In het Besluit bouwwerken leefomgeving, voorheen het Bouwbesluit, zijn de regels vastgelegd voor de veiligheid van trappen. In dit artikel leest u hoe u zelf kunt meten of uw trap na plaatsing van de traplift nog aan de wettelijke eisen voldoet.

Er moet altijd een leuning aanwezig zijn

Iedere trap moet aan ten minste één zijde een ononderbroken veiligheidssteun hebben, ook wel leuning genoemd. Er mag een onderbreking in de leuning zitten, bijvoorbeeld vanwege een bocht, maar die onderbreking mag niet groter zijn dan 10 cm. Is de onderbreking groter dan wordt dit als onveilig beschouwd. Worden er handgrepen geplaatst? Meet dan de afstand vanaf de buitenzijdes van de handgrepen (rode pijl).

Meting trap voor traplift

De vluchtroute moet minimaal 50 cm breed zijn

Over de gehele trap, ongeacht waar de trapliftstoel geparkeerd staat, moet de doorgang 50 centimeter breed zijn. Meet daarom zowel beneden als boven aan de trap en in de middenparkeerstand de afstand tussen het stoeltje en de tegenoverliggende muur of leuning. Hierbij moet het stoeltje, de voetensteun en de armleuningen in opgeklapte stand staan, tenzij dat niet kan. Vaak steekt de armleuning van het stoeltje het verst uit. Vanuit daar meet u de afstand naar de tegenoverliggende muur, spil of leuning (groene pijl). De doorgang moet minimaal 50 cm breed zijn.

Meting trap voor traplift

De aantrede van de trap moet minimaal 13 cm zijn

De aantrede van de trap is de plek waar u uw voet plaats als u van boven naar beneden loopt. Deze moet minimaal 13 cm zijn. Om dit te meten zet u de trapliftstoel in de parkeerstand boven aan de trap en klapt u zowel het stoeltje als de voetensteun in. Meet dan op de overloop 20 cm van het opgeklapte stoeltje naar de spil (blauwe pijl) en markeer deze. Dit punt is belangrijk. Vanuit hier meet u recht naar beneden op de eerste tree (groene pijl). En meet vanaf dat punt de aantrede van de trap (rode lijn). Deze afstand moet minimaal 13 cm zijn. Belangrijk hierbij is om niet vanaf het stootbord te meten. Loopt u immers de trap af, dan komt uw hiel nooit onder de traptrede tegen het stootbord aan.

Doe deze meting ook bij het stoeltje in de middenparkeerstand en de benedenparkeerstand. In alle 3 de parkeerstanden moet de aantrede minimaal 13 cm zijn.

Meting trap voor traplift

Voldoet de trap niet aan bovenstaande eisen?

Neem dan contact op met de gemeente en vraag of een toezichthouder van de gemeente langs kan komen. Verzoek hem om de trap op te meten volgens de eisen gesteld in het Besluit bouwwerken leefomgeving. Wil de gemeente dat niet doen? Schrijf dan een brief naar het college van B&W met een afschrift naar de gemeenteraad. In dit artikel vindt u een voorbeeldbrief.

Uw trap door traplift onveilig? Dit moet u doen

Geef een reactie

Reactie

    ik heb een paar weken geleden ook een traplift laten plaatsen door OtOlift via de WMO.
    aangegeven dat ik hem aan de spilzijde wil hebben maar kreeg als antwoord dat dat technisch niet kan ivm hellinghoek die de lift heeft boven aan de trap. ik weet dus niet of dit onjuiste info is. in het artikel lees ik alleen maar wat de veiligheids eisen zijn, maar niet of het technisch ook kan. ik heb de leuning die aan de muurzijde zat ingekort en aan de korte zijde opgehangen.
    groet henk